door Menno van der Beek, 13 juli 2015
Admiel Kosman (Israël, 1957) Is professor Religieuze studies aan de universiteit van Potsdam (Berlijn). Hij is dichter en essayist: de lezing die hij gaf op Poetry International Rotterdam, in 2011, waar hij Sigmund Freud en Martin Buber met elkaar verbond staat velen nog voor de geest als een mystiek moment, waar de betekenis en de poëzie en de verwarring om de aandacht streden. De vertaalde lezing is na te kijken in Liter 63.
Hij schrijft graag over zijn specialisme, over postmoderne interpretaties van de Midrash, de Joodse kennis van de wet, maar gelukkig schrijft hij ook poëzie. Hij stuurde Liter een aantal ongepubliceerde verzen, die wij voor onze lezers vertaalden. We publiceren ze in een vierluik.
Na de verschrikking, het bedrijven van de poëzie
Na de verschrikking, het bedrijven van de poëzie
En na de verschrikking, het bedrijven van de poëzie,
na het schandaal van die geboorte, wat overblijft zijn
de zichtbare tekenen op de grond,
de littekenlijnen in kalk, die de politie trok, de omtrekken
van mijn neergeschoten lichaam, een warme kogel
nog natrillend op de grond, en een paar mensen
zachtjes fluisterend om wat hier gebeurd is,
als de vreselijke geest weg is, als het publiek vertrokken is.
Admiel Kosman, vertaling: Menno van der Beek